
Op zoek naar 'Tiny Ten' met Intratuin
De zon schijnt, de krokussen komen uit, het voorjaar is begonnen. Daarom nodigt Intratuin heel Nederland uit om hun tuin (weer) tot leven te brengen. Nederland telt ruim 5 miljoen tuinen die broedplaatsen van leven kunnen zijn, alleen houden wij maar al te graag van tegels en aangeharkte perkjes. Om te laten zien wat een rijkdom er in een levende tuin schuilt, lanceert Intratuin in mei de Tuinsafari: op zoek naar de Tiny Ten!
Intratuin streeft naar groene en bio diverse tuinen. 'In een échte tuin ritselt, zoemt, tjilpt, bloeit en groeit het,' zegt Peter Paul Kleinbussink, directeur Intratuin Nederland. 'Ook de allerkleinste tuin kan een explosie van leven zijn. Op twee vierkante meter vind je zo 10 insecten soorten! Althans… als er (inheemse) planten groeien en ruimte is voor ‘rommel’.' Hij vindt het hoog tijd om deze tegelliefde in te perken en de Nederlandse tuin weer tot leven te brengen. Dat levert in potentie een gebied zo groot als de Veluwe aan extra natuur op.
Zetje in de groene richting
Geen tuin? Geen probleem. Je kunt ook op Tuinsafari op het balkon of in het park, opzoek naar de Tiny Ten. Met hoopjes bladeren, lang gras en een bedekte bodem kom je bijvoorbeeld al een heel eind. Ook kun je samen met buren groenpakketten winnen om ‘groenwensen’ voor de buurt in vervulling te laten gaan. Wil je jouw tuin ook tot leven brengen, maar weet je niet hoe? Voor de tuinier-groentjes die wel wat extra hulp kunnen gebruiken organiseert Intratuin samen met VT wonen in verschillende vestigingen ‘Breng je tuin tot leven’-workshops. Voor wie het niet vanzelfsprekend is om in de tuin te investeren tipt Intratuin ook nog de vergroeningssubsidies van (sommige) gemeenten. Hier kan je checken of jouw gemeente meedoet.
“En terwijl Nederland zijn tuin vergroent, zitten wij natuurlijk niet stil. We geven in al onze vestigingen insectvriendelijke-, inheemse- en vogelleven verrijkende planten prominent de ruimte en we lichten duurzame(re) keuzes uit. Daarnaast zijn we continue in gesprek met kwekers om ons assortiment zo milieuvriendelijk mogelijk te maken: we werken toe naar méér biologische en minder chemische gewasbescherming,” aldus Kleinbussink. Zelf ging de directeur uiteraard ook op safari. Hij vond al 8 van de ‘Tiny Ten’.